Scheikunde
Veel mensen denken bij scheikunde aan ontploffingen, rook en vuur. Een heel spannend vak dus. En dat is het ook.
Scheikunde houdt zich bezig met het bestuderen van de eigenschappen van stoffen. Een stof bestaat uit moleculen, en moleculen zijn opgebouwd uit atomen. Je kunt oneindig veel moleculen maken door atomen op een slimme manier te combineren. Je kunt daardoor nieuwe stoffen bedenken en ontwikkelen met unieke eigenschappen. Scheikunde houdt zich bezig met de synthese van nieuwe stoffen (nieuwe moleculen ontwerpen en in het laboratorium ‘maken’), met scheidingsmethoden (een mengsel scheiden in zuivere bestanddelen) en met analyse (vaststellen welke bestanddelen er in een stof zitten en in welke hoeveelheid).
Op het USG ga je al een beetje aan de slag met scheikunde in het combinatievak natuurscheikunde. Vanaf klas 3 heb je Scheikunde als echt vak. We werken met een methode waarin je vanuit praktisch werk met de stof aan de slag gaat. Daarbij werk je altijd in groepen omdat je veel kan leren van elkaar. Samen leg je verbanden, leer je wetenschappelijk en analytisch denken en leer je de taal van de scheikunde!